Ondervoeding treedt op wanneer het lichaam onvoldoende voedingsstoffen binnenkrijgt en kan zich ontwikkelen wanneer iemand niet langer eet zoals het moet of wanneer het lichaam meer voedingsstoffen nodig heeft dan normaal (bijv. door een infectie). Ondervoeding kan een impact hebben op zowel de lichamelijke als de geestelijke gezondheid. De symptomen zijn onder andere gewichtsverlies, vermoeidheid en een gebrek aan energie.
Ondervoeding is een ernstig probleem. In Nederland treft ondervoeding ongeveer 15% van de patiënten in het ziekenhuis, 15-20% van de mensen in verpleeghuizen en 15-20% van de patiënten in de thuiszorg.1,2 Mensen met chronische aandoeningen, mensen die onlangs uit het ziekenhuis zijn ontslagen, mensen die alleen wonen en ouderen hebben het grootste risico om ondervoed te raken. Ondervoeding komt voor in alle bevolkings- en patiëntengroepen van alle leeftijden.
Ondervoeding veroorzaakt heel wat problemen met inbegrip van een hoger risico op infecties, zwakheid en vermoeidheid, lusteloosheid, depressie, vruchtbaarheids- en libidoproblemen, traag herstel van ziekte en slechte wondgenezing.
BMI is een eenvoudige index die de verhouding tussen gewicht en lengte weergeeft en die vaak gebruikt wordt om na te gaan of volwassenen lijden aan ondergewicht, overgewicht of zwaarlijvigheid. De BMI wordt bepaald door het gewicht in kilogrammen te delen door het kwadraat van de lengte in meters (kg/m2). Een volwassene die bijvoorbeeld 70 kg weegt en 1,75 m lang is, heeft een BMI van 22,9 kg/m2.
Referenties
Een screening op ondervoeding is de eerste stap om te controleren en te bepalen of een patiënt behandeld moet worden. Zodra het niveau van de ondervoeding bepaald is zijn er, afhankelijk van de persoon, verschillende soorten behandelingen die de patiënten kunnen helpen om ondervoeding aan te pakken. Dit kan o.a. door het verrijken van de voeding met aanvullende voedingsstoffen, het toevoegen van snacks, en dieetadvies. Medische voeding in de vorm van drinkvoeding kan een eenvoudige manier zijn om meer voedingsstoffen binnen te krijgen. In sommige gevallen kan extra voeding worden gegeven in de vorm van sondevoeding, dit kan met een voedingssonde via bijvoorbeeld de neus wordt toegediend.
Links die je uit Abbott Laboratories wereldwijde web site zijn niet onder de controle van Abbott Laboratories, en Abbott Laboratories is niet verantwoordelijk voor de inhoud van een dergelijke site of eventuele verdere links van dergelijke site. Abbott Laboratories verstrekt deze links uitsluitend voor uw gemak, en het opnemen van een link impliceert geen goedkeuring van de gelinkte site impliceren door Abbott Laboratories. Wilt u deze site te verlaten?